Overzicht

Ondersteuningsmogelijkheden in het voortgezet onderwijs

In de Duin- en Bollenstreek werken de vo-scholen met elkaar samen in het Samenwerkingsverband en realiseren we met elkaar een dekkend onderwijsaanbod in de regio. Iedere school biedt een basisondersteuning en daarnaast biedt iedere school afzonderlijk extra ondersteuning.

Binnen het samenwerkingsverband ontvangen alle scholen middelen om zelf de basisondersteuning en extra ondersteuning op de eigen school te organiseren. Denkt u dat uw kind passend onderwijs nodig heeft? Of dat hij of zij iets anders nodig heeft dan dat het nu krijgt? Bespreek dit dan eerst met de contactpersoon van uw school. Dit kan bijvoorbeeld de mentor, een ondersteuningscoördinator of een teamleider zijn.

Lees hier waar je terecht kunt met vragen of voor meer informatie.

Verschillende vormen van ondersteuning

Om passend onderwijs te organiseren, zijn er verschillende vormen van extra ondersteuning in onze regio:
  • Basisondersteuning (Begeleiding in het reguliere onderwijsproces)

    Met basisondersteuning kunnen scholen leerlingen die net iets meer nodig hebben, helpen, zowel binnen als buiten de klas. Denk daarbij aan vragen die regelmatig voorkomen; bijvoorbeeld hulp bij lees- en rekenproblemen, plannen en organiseren van schoolwerk, sociale vaardigheidstraining, extra mentorgesprekken of misschien een aangepaste stoel. Leerwegondersteuning (lwoo) is een onderdeel van de basisondersteuning op de vmbo-scholen.

    Voor de meeste kinderen is dit voldoende om de school goed te doorlopen.

    Lees meer over de afspraken die we binnen ons samenwerkingsverband hebben gemaakt over de basisondersteuning →

  • Onderwijsarrangement (Extra ondersteuning binnen de eigen vo-school)

    Extra ondersteuning op de eigen vo-school is een aanvulling op de basisondersteuning. Leerlingen kunnen binnen hun eigen vo-school extra ondersteuning krijgen. De extra ondersteuning noemen we een ‘onderwijsarrangement’. Heeft uw kind extra ondersteuning of aanpassingen in het onderwijs nodig? Dan wordt gekeken of dit verzorgd kan worden door het ondersteuningsteam van de school. Bijvoorbeeld via een leerlingbegeleider of specialist in de school, wellicht met aanvullende hulp van buiten school. Er is vaak een apart lokaal van waaruit de extra begeleiding georganiseerd wordt. Voorbeelden zijn:

    • versterken van de vaardigheden van de leerling zelf;
    • afwijking van de onderwijstijd;
    • een time-outmogelijkheid op een vaste plek met begeleiding;
    • observaties;
    • inzet van expertise.

    De school stelt hiervoor een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) en kijkt daarvoor samen met de leerling en ouders wat er nodig is. Extra ondersteuning heeft als doel:

    • De leerling blijft zoveel mogelijk deelnemen aan de reguliere lessen in de eigen klas;
    • Thuiszitten of uitstroom naar vso te voorkomen;
    • Mogelijk te maken dat de leerling een diploma kan halen in het regulier onderwijs;
    • De terugkeer vanuit het (v)so te versoepelen en te ondersteunen.
  • VO+ en Maatwerk (Extra ondersteuning bovenschools)

    Sommige leerlingen hebben voor een langere tijd vergelijkbare ondersteuning nodig. Voor hen hebben we op een aantal reguliere scholen zogenaamde ‘bovenschoolse’ arrangementen. Hierin bundelen we alle beschikbare kennis in ons netwerk op een bepaalde plaats, zo veel mogelijk dichtbij huis.

    Voor deze leerlingen met specifieke kenmerken, is een meer specialistische pedagogisch-didactische benadering in een meer gestructureerde setting (tijdelijk) noodzakelijk. In zo’n specifieke situatie kan school via het Samenwerkingsverband een beroep doen op extra ondersteuning in de vorm van plaatsing in een bovenschools arrangement zoals de VO+ klas, maatwerkklas of een traject via docent op de fiets.